Jordan, Needham en Wales

Het eerste vliegtuig in Oegstgeest komt neer op 27 juni 1940, op het land van Zandbergen, een weiland aan de Valkenburgerweg (intussen is daar een wijk van Rijnsburg verrezen). Het is een tweemotorige Bristol Blenheim IV die deel uitmaakt van een formatie van zes bommenwerpers van 235 Squadron RAF. Zij zijn om 12.55 uur vanaf de Engelse basis Bircham bij Newton in Norfolk uitgestuurd op een verkenningsvlucht ten westen van de ‘Zuyderzee’, zoals het IJsselmeer nog op de Engelse kaarten staat, tussen Amsterdam en de Afsluitdijk. Ze vliegen overdag, en dat kan alleen als het bewolkt is, aangezien ze anders te gemakkelijk door de Duitsers zouden worden gezien. Nadeel daarvan is dat de toestellen gauw uit de koers raken – navigeren door met een pak kaarten op schoot in de wolken naar buiten te kijken is niet eenvoudig – en rond 15.00 uur vliegen ze uiteindelijk bij Noordwijk het Nederlandse territoir binnen.

Deze ‘message slip’ is door John Needham aan piloot Alan Wales gegeven. Door het lawaai in het vliegtuig was gesproken contact onmogelijk.

Blenheim-bommenwerpers op een militair vliegveld in Engeland.

Plotseling breken de wolken open en is het stralend weer. Ze vliegen naar het noorden, over Schiphol dat een grote Duitse vliegbasis is (nu is dat Schiphol-Oost). Vandaar en vanaf vliegveld Waalhaven bij Rotterdam stijgen Duitse jagers op om de indringers te onderscheppen.

De overlevende Pilot Officer Hugh Wakefield van 235 Squadron vertelt later over het angstaanjagende maar in zijn ogen tegelijk prachtige schouwspel van 18 Messerschmitts die recht van voren komen, eerst samen nog op een wolkje lijken en in twee of drie minuten bij hen zijn. De Engelsen vliegen alle kanten op. Het is nog een wonder dat twee toestellen het redden. De andere vier storten neer in Ouderkerk aan de Amstel, in Vinkeveen, in zee voor Noordwijk en de laatste om 15.30 uur in Oegstgeest.

Deze is neergeschoten door Leutnant Joachim Schypek van het Duitse 2./Jagdgeschwader 76, die om 15.02 op Waalhaven is opgestegen.

Berging en begrafenis  

De 14-jarig Daniël Oudshoorn en zijn vader en grootvader zijn op het land aan het werk en zien de catastrofe gebeuren. De wrakstukken vliegen tot 400 meter in het rond, Daniël voelt op tien meter afstand een brandend stuk vliegtuig langskomen, een motor blijkt later. Het vliegtuig komt op de kop in een sloot terecht, twee mannen liggen er in de buurt. Vader Oudshoorn wil gaan helpen maar dat kan niet omdat er in het vliegtuig voortdurend munitie ontploft. Pas als dat voorbij is, kan Oudshoorn over de sloot springen om te proberen een vlakbij neergekomen vlieger te helpen. Hij kan echter niet meer doen dan de knopen van diens uniform losmaken om hem nog wat verlichting te geven, en even later sterft de jongen. Thomas Charles Jordan heet hij, volgens het identiteitsplaatje dat hij om zijn hals heeft. Het is de 18-jarige zoon van William Henry en Jane Ellen Jordan en hij komt uit Belfast, Noord Ierland. Hij werd op een vliegveld bij Wakefield, West Yorkshire, opgeleid tot radiotelegrafist en boordschutter. 

Ook de 25-jarige waarnemer Sergeant John Walter Needham is om het leven gekomen. Hij komt uit Kilburn in Middlesex en is de zoon van Augusta Elisabeth Needham.

De twee mannen worden op 30 juni 1940 met Duitse militaire eer begraven bij het Groene Kerkje, niet ver van de plaats waar ze nu nog liggen, in de bocht van het hek rond het kerkhof. De Duitse legerpredikant preekt dat vijandschap ophoudt met de dood. ‘Wenn sie tod sind, sind sie unsere Freunde’, zegt hij, en daarom geven ‘Wir Deutsche’ dit tweetal, dat is ‘gefallen auf dem Ehrenfeld’, deze begrafenis. Verder bidt hij om Gods bijstand voor de nabestaanden, die van de begrafenis nog niets weten, en hij sluit af met het Vater Unser. De erewacht staat stram in de houding, 24 man onder een Oberfeldwebel, en vuurt even later boven het nog open graf drie eresalvo’s af. De patroonhulzen vliegen in het rond, maar worden na afloop zorgvuldig opgeraapt. Metaal is kostbaar.

Berging van Alan Wales  

De Duitsers zijn dan klaar met het opruimen van het wrak, waarin nog een derde inzittende is gevonden. Het is de piloot, Pilot Officer Alan Roger Wales, 20 jaar oud en zoon van Herbert en Bertha Wales uit Londen. Hij wordt op 1 juli naast zijn makkers begraven. Op het dubbelgraf wordt een steen gelegd, met als opschrift:

De getallen op de steen zijn de legernummers van de mannen. Later zal naast hen nog een tweede Blenheim-bemanning worden gelegd. Bij die gelegenheid wordt de steen verwijderd en krijgen allen het door de Duitsers voorgeschreven houten kruis, waarop ‘Died for his country’ is geschilderd. Op 30 juli 1942 worden de stoffelijke overschotten en kruisen verplaatst naar de graven waar zij nu nog liggen. Als zij waren blijven liggen, zouden op het kerkhof nog oprukkende Duitse soldaten zowel links als rechts hun buren zijn geworden, en dat vinden de Duitsers niet gepast.

De laatste rustplaats met 3 houten kruisen.

De graven bij het Groene Kerkje  

Op de foto links, gemaakt na de begrafenis van de bemanning van de tweede neergestorte Blenheim, is de oorspronkelijke, liggende grafsteen te zien van de bemanning van de eerste neergehaalde Blenheim. Onduidelijk is welke vlag (gedrapeerd over twee grafnummerpaaltjes) is gebruikt. Vermoedelijk is het de vlag van een van de toenmalige koloniën, de enige ‘Engelse vlag’ die er destijds te vinden was.

De Duitsers hadden de gemeente opdracht gegeven voor een Engelse vlag te zorgen; deze is geleend van een notaris in Leiden.

Vriendin Jordan hier ook bijgezet  

May Dobson werd geboren in de buurt van het vliegveld waar Thomas Jordan zijn opleiding kreeg. In 1939 maakte zij kennis met hem en begin 1940 beloofden zij elkaar eeuwig trouw, ze waren beiden achttien jaren oud. Gedurende de oorlog was zij in het kader van de dienstplicht voor meisjes als landarbeider te werk gesteld; daarna werd ze röntgenlaborant in een ziekenhuis.

En ze bleef haar woord getrouw. In 1989 bezocht zij het graf van Thomas in Oegstgeest. In 2005 overleed de 83-jarige May Dobson in de buurt van Aberdeen, waar ze werd gecremeerd. In 2006 kwamen enige jongere vrienden haar as in het graf van Thomas Jordan begraven.

 

De huidige drie grafzerken.